MVA Nieuwsbrief 07-04-2012
07/04/2012
Deze week een wat andere nieuwsbrief. We gaan deze week vooral in op de beginnende modelvlieger. In deze special vind je informatie over LIPO accu’s, stick mode en het vinden van het zwaartepunt van je model. Maar voordat we hier aan beginnen nog eerst een misverstand wat even uit de weg geholpen moet worden.
We hoorden onlangs op het veld dat het zo zou zijn dat groepjes vliegers bepaalde tijden kunnen claimen om expliciet hun deel van de hobby uit te oefenen. Dit is niet correct. Iedereen is op alle dagen (uitgezonderd bij evenementen/onderhoud etc) welkom om te vliegen met welk model dan ook. Natuurlijk mogen groepen zoals Q500, lijnvliegers, pylonracers, zweefvliegers, helivliegers etc. gewoon met elkaar af blijven spreken. Het spreekt voor zich dat je elkaar de ruimte gunt om de hobby op een leuke en veilige manier uit te blijven voeren.
In het volgende filmpje (Engels talig) leer je alles over LIPO accu’s.
http://youtu.be/ZJHlJYDJohc
Dan het zwaartepunt van het toestel. Hoe vind je dat en wat moet je ermee. Ieder vliegtuig maakt in zekere zin een glijvlucht. Om de juiste glijhoek te krijgen moet het zwaartepunt precies op de goede plaats liggen. Bij de meeste beginners modellen kun je er vanuit gaan dat het zwaartepunt zich bevind op de hoofdligger. Als je het vliegtuig daar ondersteund dan zal deze in een hoek van ongeveer 5 graden voorover hangen. Hangt het toestel achterover dan spreken we over een staartlastig toestel. M.a.w. het gewicht zit te ver richting het stabilo geschoven. Als het toestel verder dan 5 graden voorover hangt dan spreken we van een neus lastig toestel. Hoewel dit minder ernstig is als een staartlastig toestel verlies je wel snel hoogte. Helaas kun je er niet altijd van uitgaan dat het zwaartepunt licht op de hoofdligger. In de volgende afbeelding je zien hoe je het zwaartepunt bepaald.
Door middel van deze afbeelding zie je hoe je de gemiddelde vleugelkoorde bepaald. Het zwaartepunt bevind zich nu ergens op deze gemiddelde koorde ook wel mean aerodynamic chord genoemd, ook vaak afgekort als MAC. Het zwaartepunt zit altijd ergens tussen 1/3 en 1/4 van de neuslijst (dikke kant van de vleugel) hierbij meet je dat altijd af op het MAC punt. TIP! teken bij lastig te trimmen modellen op de onderkant van de vleugel even af waar het zwaartepunt en MAC zich bevinden. Zo vind je bij kleine wijzigingen sneller de balans in je model terug.
Stick/ zender modes.
We vragen bij nieuwe vliegers altijd in welke mode ze willen gaan vliegen. De vliegmode bepaald hoe je je zender configureert. Hoewel van oudsher veel in mode 1 gevlogen werd in Nederland zien we toch een flinke verschuiving naar mode 2. Hier de voor en nadelen van de verschillende vliegmodes.
Mode 1 word vooral door de wat oudere leden gebruikt. Je vliegt in deze mode op twee sticks. Aangezien de coördinatie niet bij iedereen even goed is is het daarom wat lastiger om deze mode te vliegen als men bv helikopter wil leren vliegen. Voordeel is dat we relatief veel ervaren mensen in mode 1 hebben.
Mode 2 heeft later vanuit Amerika zijn intreden gedaan. Je vliegt nu single stick en dat is zowel voor vliegtuig als helikopter een prettige mode om aan te leren. Naar alle waarschijnlijkheid vliegt het grote deel van de vereniging tegenwoordig in mode 2. Er is dus altijd hulp op het veld om je model in te laten vliegen.
Mode 3 is eigenlijk ontstaan bij mensen welke in eerste instantie op mode 1 hebben leren vliegen met een toestel welke geen ailerons had. (normaal verhuisde rudder naar de andere stick als je overstapte op een toestel met aileron) Mode 3 heeft net als mode 2 het voordeel dat het uitermate geschikt is voor zowel single stick vleugel als helikopter vliegen. Model 3 heeft alleen nog een groot voordeel. Daar de meeste mensen rechtshandig zijn heb je bij mode 3 een werphand beschikbaar. M.a.w. je kunt makkelijker en gecoördineerder je eigen model starten. Zeker met zware/grote zwevers een echt voordeel. Nadelen heeft mode 3 natuurlijk ook. Hoewel er meer mensen bij de MVA mee leren vliegen zijn er nog maar beperkte instructie mogelijkheden mogelijk.